Dit gedichtje heb ik niet zelf geschreven. Het is geschreven door een voor mij onbekende schrijver.

 

NEDERLANDSE TAAL MOEILIJK? HOEZO?

 

Het meervoud van slot is sloten

maar toch is het meervoud van pot geen poten

Evenzo zegt men altijd een vat en twee vaten

maar zal men zeggen:

een kat, 2 katen?

 

Wie gisteren ging vliegen zegt heden : ik vloog

dus zegt u misschien van wiegen, ik woog

Nee pardon, want ik woog is afkomstig van wegen,

maar is nu ik voog een vervoeging van vegen?

 

Het woord zoeken, vervoegt men tot ik zocht,

dus hoort bij vloeken misschien ik vlocht

Alweer mis, want dit is juist afkomstig van vlechten.

maar ik hocht is geen vervoeging van hechten.

 

Bij roepen hoort riep, maar bij snoepen geen sniep,

Bij lopen hoort liep, maar bij kopen geen kiep.

Evenmin hoort bij slopen ik sliep,

want dat woord is afkomstig van slapen,

maar zeg nu niet meer: ik riep bij het rapen.

 

Want dit komt van roepen en je ziet het terstond,

wij draaien steeds in een kringetje rond.

Voor raden komt ried, maar van baden geen bied,

dat komt weer van bieden, ik hoop dat je het ziet.

 

Ook hiervan komt bood, maar van wieden geen wood,

je ziet de verwarring is akelig groot.

Nog talloos veel voorbeelden kan ik je geven,

en gaf hoort bij geven, maar laf niet bij leven.

Men spreekt van wij drinken, wij hebben gedronken,

maar niet van wij hinken, we hebben gehonken.

 

Het is: ik weet en ik wist 
maar schrijf maar niet bij vergeten, vergist. 

Het volgende geval is bijna te bont, 
want bij slaan hoort ik sloeg, niet ik sling of ik slont. 
Bij gaan hoort ik ging en niet ik gong of ik gont. 

En noemt men een mannetjesrat soms een rater? 
Nee, dat gaat alleen op bij een kat en een kater. 

 

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb